Ooit had HALLE ook een “Gouden Roos”

Scherpenheuvel kreeg van de pauselijke nuntius een ‘Gouden Roos’. Het is een uitzonderlijke onderscheiding die het voorbije millennium wereldwijd maar 180 keer werd toegekend. Ooit bezat Halle zo een roos. Waar ze nu staat is niet geweten.

In dat verband kregen we van Marcel Franssens, voorzitter van de Vrienden van de basiliek een boeiend bijdrage van de Halse deken Michiels in het Parochieblad van O.-L.-Vrouw van Halle uit de jaren 1920. Hieronder volgt de originele tekst.

“De gouden Roos

In hun laatsten gezamenlijken brief: “Het belgisch Koningdom. Hulde aan onze Vorsten ter gelegenheid hunner zilveren bruiloft” deelen de doorluchtige Bisschoppen van België de blijde tijding mede dat het aan O. H. Vader Paus Pius XI behaagd heeft de gouden Roos te schenken aan de genadige Koningin Elisabeth van België.

Bij die gelegenheid hebben de nieuwsbladen doen opmerken dat die bijzondere gunst niet dikwijls verleend is geweest in den loop der eeuwen.

Welnu, het heiligdom van Onze Lieve Vrouw van Halle heeft een pauselijke gouden Roos in haren schat bezeten. Ze stond in de XVIe en XVIIe eeuw in de kapel van de Lieve Vrouw. Men vindt ze geteekend en beschreven in het boek van Justus Lipsius “Divae Virgo Hallensis”, 1604. Zie den nadruk ervan in het Album-Gedenkboek van O.-L.-Vrouw van Halle, blz. 38 (gansch links tusschen de vensters).

Het was de gouden Roos door den Paus, het negende jaar zijner regeering, geschonken aan Maximiliaan van Oostenrijk (keizer van 1493-1519) en door dezen uitstekenden vereerder aan O.-L.-Vrouw van Halle opgedragen.

“Van denzelfden, verhaalt Justus Lipsius, is er een boom of een struik van rozen, uit zuiver goud, met verscheidene takken en bloemen, twee voet hoog: welke de paus wijdde en aan Maximiliaan schonk, die hem aan O.-L. Vrouw van Halle zond. Was het niet als een voorteeken of heilwensch? Opdat zij door haren bijstand België, door zoovele oorlogen geschoren en verbrijzeld, onder een nieuwe regeering opnieuw zou doen groeien en in vrede zacht bloeien.”

Het is Maillard die ons in 1651 leert dat het paus Julius II was die de roos schonk. Deze regeerde van 1503 tot 1513; dus stuurde hij de roos in 1511.

De geschiedenis vertelt niet hoe en wanneer de gouden roos verdwenen is.

Het is toch eens te meer op te merken hoe onze kerk het nationaal heiligdom is onzer vorsten. Het is zelfs niet in Oostenrijk, zijn vaderland, dat de keizer, die als een geleerde en groote vorst in de geschiedenis gekend staat, een genadebeeld gaat begunstigen met zulk een merkweerdige gift, maar wel hier in België te Halle ! A. Michiels p.d.”

Daar staat nu het trouwboeket van Prins Filip en Prinses Matilde.