Vlaamse Rand ontnederlandst verder

Editiepajot_dilbeek_willy_segers_foto_kos

Vlaams volksvertegenwoordiger Willy Segers (N-VA). - Foto Kos

Vlaams volksvertegenwoordiger Willy Segers (N-VA) uit Dilbeek: “De ontnederlandsing van de Vlaamse Rand zet zich onverbiddelijk voort. Dat is de harde conclusie die cijfers van Kind en Gezin ons leren. Bij kinderen uit Halle-Vilvoorde, geboren in 2008, is de eerste taal thuis slechts in 56,6% van de gevallen het Nederlands, tegenover 39,1% niet-Nederlands. Zonder een gerichte taalpolitiek dreigt de meerderheid van de komende generatie in de Vlaamse Rand het Nederlands onmachtig te zijn.

Vreemd genoeg werkt Kind en Gezin, nota bene een Vlaamse openbare instelling, deze situatie in de Rand onrechtstreeks - maar ongewild - in de hand. Enerzijds moedigen zij de betrokken (vaak niet-Nederlandstalige) moeders aan om met hun kinderen hun moedertaal te spreken, wat vanuit wetenschappelijk standpunt inderdaad te verdedigen valt.

Anderzijds bedient Kind en Gezin heel wat gezinnen in een andere taal dan het Nederlands aan hun loketten, wat als een vorm van ‘verdoken faciliteiten’ kan worden bestempeld. Principieel is er niets op tegen dat in een eerste onthaalfase Nederlandsonkundige klanten in het niet-Nederlands bediend worden. Dit mag echter niet de regel worden in de verdere dienstverlening.

Daarom pleit ik voor een nauwgezette controle op de taalpolitiek die Kind & Gezin voert; zeker wat de erkende instellingen betreft die gebonden zijn aan de taalwetgeving. Dit gecombineerd met een doorgedreven promotie- en sensibilisering voor het gebruik van het Nederlands in de kinderopvang in de Rand. Uiteraard is het een privéaangelegenheid welke taal men thuis spreekt. Maar het kan echter niet de bedoeling zijn dat Kind en Gezin het gebruik van het Nederlands effectief ontmoedigt, wat op dit moment vaak het geval is.

Bijgevolg stelde ik de betrokken minister Jo Vandeurzen hieromtrent de nodige vragen in de Commissie Welzijn. Daaruit leidde ik af dat er reeds bijkomende maatregelen zijn getroffen in de periode 2005-2008. Maar deze lijken me zeker niet voldoende. Het huidige regeerakkoord bevat immers de intentie om “het Nederlandstalig karakter van de Vlaamse Rand te bevestigen en te versterken”. De stipte naleving van de taalwetgeving en de uitvoering van een beleid dat het Nederlandstalig karakter van de Rand ondersteunt en versterkt, staan daarbij voorop.

Het lijkt me dan ook evident dat een Vlaamse publieke instelling als Kind en Gezin zich vanuit het integratiebeleid dat in de Vlaamse Rand wordt gevoerd, proactief in dit debat mengt. Het belang promoten van de Nederlandse taalkennis in de kinderopvang - als belangrijke voorloper van de schoolse opvang – is dan ook een meer aangewezen doelstelling. Beter dan zich ‘de facto’ meertalig op te stellen.

Kortom, de situatie van het Nederlands in de Vlaamse Rand verslechtert zienderogen. Vooral in de faciliteitengemeenten Kraainem en Drogenbos blijkt de situatie hallucinant: respectievelijk 5 en 3,6% van de gezinnen hanteert het Nederlands als eerste thuistaal. Hoog tijd om deze evolutie een halt toe te roepen. Dat kan dus m.i. bijvoorbeeld via doorgedreven sensibilisering en promotie, zoals dat ook voor ons Nederlandstalig schoolaanbod het geval is. Ik kijk dan ook reikhalzend uit naar verdere initiatieven vanuit de Vlaamse Regering omtrent de bevordering van het Nederlands in de Vlaamse Rand en zal niet nalaten ook zelf acties te ondernemen”.